Maarten van Heemskerck

De renaissance van Maarten van Heemskerck

Dat de 16e-eeuwse schilder Maarten van Heemskerck nu pas, 450 jaar na zijn dood, zijn eerste overzichtsexpositie heeft gekregen, is verbazingwekkend. Gelukkig gebeurt het wel meteen groots en zeer uitgebreid. Een megatentoonstelling, verdeeld over drie musea, laat zijn werk opnieuw schitteren.

TEKST: Bernadette van der Goes

Voor veel bezoekers zal het de eerste kennismaking zijn met de schilderijen, tekeningen en prenten van deze meester van de noordelijke renaissance. Het portret De scholier uit Museum Boijmans Van Beuningen, dat Van Heemskerck in 1531 schilderde, is tot nu toe waarschijnlijk zijn meest bekende schilderij. Lang werd gedacht dat zijn collega Jan van Scorel de schilder was van dit kind met rode baret en een ganzenpen in zijn hand. Tegenwoordig schrijven de meeste kunsthistorici het portret toe aan Van Heemskerck en is zelfs bekend wie de jongen is: Bartholomeus van Teijlingen, twaalf jaar oud, zoon van zeer vermogende en kunstlievende ouders die tot de meest vooraanstaande inwoners van de stad Alkmaar behoorden. Op het moment van portretteren zat hij op de Latijnse school. Zijn zes jaar oudere broer Dirck van Teijlingen was in 1538 een van Van Heemskercks opdrachtgevers voor het grootste geschilderde altaarstuk dat ooit in de Nederlanden is vervaardigd, het zogenoemde Laurentiusaltaarstuk voor het hoogaltaar van de Grote Kerk in Alkmaar.

ARTISTIEKE VRIJHEID

Maarten van Heemskerck (1498-1574) werd geboren in het Noord-Hollandse dorp Heemskerk. Zijn vader, Jacob Willemsz van Veen, was er boer en bezat veel land. De achternaam van zijn vader zou Maarten nooit gebruiken. In plaats daarvan noemde hij zich naar zijn geboorteplaats. Van Heemskercks ouders waren vermogend genoeg om hem een goede opvoeding te geven. Waarschijnlijk bezocht hij, evenals Bartholomeus van Teijlingen, de Latijnse school. Daarna volgde de opleiding tot schilder. Eerst bij Cornelis Willemsz in Haarlem en vervolgens bij Jan Lucasz in Delft.